Skip to content

Afgesneden

Event ID: 648

Categorieën:

Ein Heldenleben, Ullstein & Co, 1920

15 april 1917

50.329872275934086, 3.144518810662833
Roucourt

Source ID: 55

Ein Heldenleben, Ullstein & Co, 1920 p. 206

“Na verloop van tijd kom je op veel fronten terecht. Wat ik hier vertel, speelde zich af bij Cambrai. Bij prachtig weer vloog ik met mijn broer alleen naar het front. In het noorden zijn explosiepunten te zien. Als we dichterbij komen, vlucht er net een enkele Engelsman over het front. Verder is er voorlopig niets te zien. We vliegen onbeschoten over de Engelse linies. Er staat een oostenwind, wat erg ongunstig is voor een luchtgevecht, omdat je tijdens het gevecht sterk door de wind wordt afgedreven. De eenzitter heeft alleen bij een aanval een voordeel. Dat komt door zijn bewapening. Als je tijdens een luchtgevecht door de wind ver in vijandelijk gebied wordt gedreven, komt er een moment dat je terug moet vliegen, d.w.z. in de verdediging moet gaan. Voor een eenzitter, die alleen naar voren kan schieten, is dat een zeer fataal moment, dat al voor velen rampzalig is geweest! Plotseling zien mijn broer en ik dat vijf Engelse eenzitters vanuit grote hoogte op ons neerstorten. Ik heb tijdens het vliegen met anderen nooit hetzelfde gevoel van superioriteit gehad als wanneer ik met mijn broer vloog. Zo ook deze keer. De vijf Lords durven voorlopig niet echt dichtbij te komen, maar blijven boven ons hangen en oefenen hun schietvaardigheid op de twee Duitse vliegtuigen. Nu wordt er één iets brutaler en duikt op mij neer. Snel omkeren! Ik zit al achter hem. De aanvaller wordt de achtervolgde. De Engelsman probeert zich met zijn snelle machine naar het westen te redden. Door voortdurend zigzaggend te vliegen biedt hij mij geen veilig doelwit. Hij brengt geen verdediging meer op. De inzittende lijkt mij al gewond. De Engelsman “stinkt” al, een vliegtermen voor de rookpluim uit een doorboorde benzine- of olietank. Net als ik de Engelsman de genadeslag wil geven, heb ik een storing. Diepbedroefd laat ik hem met rust en keer ik om. In de loop van het gevecht ben ik vele kilometers van ons front afgedwaald. Plotseling bekruipt me een vreselijke gedachte: waar zijn de andere vier Engelsen en waar is mijn broer gebleven? Dan zie ik een griezelig mooi beeld! In een wilde strijd draaien de vier Engelsen en mijn broer in bochten om elkaar heen! Mijn hart staat bijna stil van angst om Manfred: ik heb een storing en kan niet meer schieten! Dat maakt niet uit, hier moet geholpen worden! Mijn broer heeft de vier Engelsen, die mij al lang hadden afgesneden, voortdurend beziggehouden, zodat niemand mij kon volgen! Nu is het dus mijn beurt om te helpen. Ik stort me midden tussen de strijdende partijen. De vier Engelsen, die tot nu toe slechts één tegenstander voor zich hadden gehad, lieten ons plotseling met rust en vlogen naar huis, ondanks dat ze nog steeds in de meerderheid waren. Dat ik bovendien een storing had, konden ze natuurlijk niet weten. Zoals mijn broer achteraf zei, had hij niets meer gegeven voor ons beider leven.”

Comments (0)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top